TDC is een programma van Enabel, het Belgisch Ontwikkelingsagentschap.

certification-biogarantie-etape-4

Label ‘Biogarantie Belgium’: biologische landbouw, lokale productie en eerlijke handel in één

We proberen een analyse van de hele keten te maken. We willen boeren die aan familiale landbouw doen, in de kijker zetten.

Het Biogarantie-label groeit uit tot ‘Biogarantie Belgium’. Wat zit daar achter? Het label wil zich steeds verantwoordelijker en veeleisender opstellen tegenover het begrip ‘biologisch’. En het wil de Belgische productie en verwerking in de kijker zetten. Een ander doel is de werknemers in de landbouwketen een correcte prijs te garanderen. Concreet gaat het om een compleet lastenboek dat de landbouwers zelf opstellen. Dat doen ze in overleg met de andere actoren in de waardeketen. En het is een hele uitdaging om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen …

Wist je dat het Biogarantie-label al meer dan dertig jaar bestaat? In 1987 kwam een groep Belgische burgers spontaan bijeen rond het idee van biologische landbouw en creëerden zo het label Biogarantie. Het logo en het eerste lastenboek werden in de daaropvolgende maanden opgesteld. “Het Biogarantie-label is dus ontstaan vóór de Europese regelgeving”, zegt Dominique Jacques. De verordening inzake de biologische landbouw op Europees niveau is in 1991 in het leven geroepen. Die verordening heeft tot doel de burgers te informeren over de oorsprong van de producten en de biologische productie van producenten gemakkelijker te valoriseren.

Van Biogarantie naar Biogarantie Belgium

Tot zover het begin van het label. Vandaag maakt het Biogarantie-label geleidelijk plaats voor een ambitieuzer label. Dat omvat niet alleen biologische maar ook sociale criteria, “met respect voor mens en milieu” om het met de woorden van de website te zeggen. Die ambitieuzere versie is het ‘Biogarantie made in Belgium’-label. Het is niet gemakkelijk om een onderscheid te maken want de twee logo’s lijken sterk op elkaar. Het enige verschil is de kleine Belgische vlag onderaan het logo van Biogarantie Belgium.

Hoe werkt het nieuwe label? Het verenigt verschillende eigenaars: BioForum Vlaanderen dat alle operatoren (producenten, verwerkende bedrijven en verdelers) in Vlaanderen en Brussel vertegenwoordigt, Probila-Unitrab dat de verwerkers en verdelers in Wallonië en Brussel vertegenwoordigt, en de Nationale Unie van Belgische Agrobiologen (UNAB, de producenten in Wallonië en Brussel) waarvan onze gesprekspartner Dominique Jacques de voorzitter is. “Het label werd in het leven geroepen om een biologische regelgeving op te stellen die nog een stapje verder gaat en opgesteld is tussen de genoemde partners met inspraak van het terrein.” Waarom een tweede label? “Om een stap verder te gaan dan het Europese label en het eerste Biogarantie-label dat iets te breed opgevat is.”

De eerste producten met het label 

Het tweede label (Biogarantie Belgium, voor alle duidelijkheid) zal dus in de komende jaren het eerste (Biogarantie) vervangen, “ook al zal het oude nog steeds actief zijn voor de export terwijl het nieuwe dient om de consument bewust te maken van de Belgische productie en verwerking”. Maar er is nog werk aan de winkel: “Alle beslissingen worden samen genomen en we zijn het niet altijd met elkaar eens. Interpretaties van wat wel of niet biologisch is, zijn in Wallonië strenger. Daar is één hectare op tien trouwens al biologisch. Maar het is ook dankzij de Vlaamse landbouwers dat we vooruitgang kunnen boeken en vooral dankzij de tuinders. Deze laatsten willen zich onderscheiden van de biologische landbouw van de grote supermarkten”, zegt Dominique Jacques. “Ik denk dat we het eerste label, het oudste, moeten afschaffen. Maar de onderhandelingen met de verwerkers die het absoluut willen behouden, zijn nog steeds aan de gang.”

De producten die door Biofresh worden verkocht, behoorden tot de eerste die het label ‘Biogarantie Belgium’ kregen. Nu zijn er een twintigtal producten met het label in Vlaanderen en één in Wallonië. Het zijn dus wel degelijk de producten van Belgische landbouwers die worden gelabeld. “Of in het geval van een melkveehouder, is het zijn boerderij die het label krijgt. De winkels krijgen het niet, maar ze zullen wel kunnen uitpakken met het Biogarantie Belgium-label.”

Criteria waarbij alle partners inspraak hebben

“Sinds drie jaar zitten alle partners mee rond de tafel, ook de distributiesector. Je moet weten dat ‘Biogarantie’ sterk werd gevolgd door de grootdistributie (Delhaize en andere). Het werd echter ook gebruikt voor producten die uit Frankrijk kwamen (of in Frankrijk werden verwerkt). Met ‘Biogarantie Belgium’ zal dat niet meer mogelijk zijn.”

Want de eis van de Belgische boeren is om de aandacht te vestigen op wat er in België wordt geproduceerd en verwerkt: “De graanproducenten proberen nu al de bakkers te sensibiliseren. Ze stellen voor om Belgische grondstoffen te promoten in plaats van hun gerst te gaan kopen in Frankrijk, Polen of Roemenië. Op dit moment kunnen biologische producten immers overal vandaan komen. Ze leggen duizenden kilometers af per vliegtuig, maar hebben nog steeds het stempel ‘biologisch’. Wij willen pioniers zijn en de biologische landbouw op een hoger niveau van verantwoordelijkheid tillen”, aldus Dominique Jacques.

Maar nog niet iedereen is mee: “Overleg kost tijd en in sommige sectoren gaat het sneller dan in andere. Ik noemde reeds de tuinbouw, waar de producten het label al kregen. Het is ingewikkelder voor de keten van het biologisch rundvlees die net als conventioneel rundvlees een vrij zware crisis doormaakt. Het is ook moeilijk voor biologische aardappelen omdat we te maken hebben met gigantisch grote verwerkers.”

Eerlijke prijs en eerlijke handel

Naast de herkomst legt het label de nadruk op een eerlijke beloning van de werknemers in de sector. De prijs die de producent ontvangt voor zijn of haar product wordt gebaseerd op de productiekost. Dat impliceert zowel een correcte vergoeding als de mogelijkheid om te investeren. Biogarantie vzw engageert zich om een rekenmodel te ontwikkelen voor aankoopprijzen voor elke productiesector. “We proberen een analyse van de hele keten te maken. We willen boeren die aan familiale landbouw doen, in de kijker zetten. Zo verkopen kleine tuinders kleinere hoeveelheden producten dan grotere bedrijven die op grote schaal werken. Als je op 10 hectare biologische uien teelt, kun je ze goedkoper verkopen dan uien die op kleine percelen worden geoogst. Daar moet rekening mee worden gehouden om een correcte prijs te bepalen”, vindt Jacques.

 De besprekingen met de coöperatie Biomilk.be die haar melk verkoopt bij Delhaize, zijn goed gevorderd: “Daar krijgen we een zeer goede aankoopprijs”. Dat is ook het geval met Le Coq des Prés dat een zestigtal Waalse pluimveehouders samenbrengt. In Vlaanderen hebben 25 kleine tuinders hun producten rechtstreeks van de boerderij te koop aangeboden tegen een eerlijke prijs: “Dit zijn richtlijnen die we kunnen hanteren om een onderscheid te maken tussen grootschalige (meer dan vijf hectare) en kleinschalige tuinbouw”. De regels kunnen ook betrekking hebben op de herkomst van de arbeid, uit het binnen- of uit het buitenland.

Een veeleisender label 

In welke zin zou het label verder gaan dan het Europese biolabel? “Op nitrietzout bijvoorbeeld, dat in Wallonië al verboden is, maar in Vlaanderen niet. Met Biogarantie Belgium zal het ook niet meer mogelijk zijn om biologisch witloof te produceren dat niet uit de volle grond komt. We denken er ook aan om de huidige biologische regelgeving voor het gebruik van koper voor de behandeling van fruitbomen aan te scherpen. Verder zijn we op zoek naar aardappelrassen die van nature resistent zijn tegen meeldauw”. 

Nog een voorbeeld: “Veel biologische kippenhokken zijn nog steeds zeer industrieel van opzet …  Omdat de industrie de biologische regelgeving zeer breed heeft geïnterpreteerd, door meerdere partijen kippen in één gebouw te plaatsen. Dit terwijl één partij kippen veel verstandiger zou zijn voor het welzijn van de dieren. Maar het valt dus nog binnen de regelgeving … Hier willen we een imago opleggen dat strengere normen hanteert, door het promoten van boerderijen op mensenmaat en familiebedrijven die voldoen aan de verwachtingen van de consument”, legt Dominique Jacques uit.

Onafhankelijke certificeringsinstellingen

Maar … hoe wordt dat allemaal gecontroleerd? De producenten denken samen na over de certificeringscriteria, maar het zijn onafhankelijke instanties die zorgen voor de controles en die beslissen of het label al dan niet wordt toegekend. “We werken met vier onafhankelijke controleorganisaties. Het zijn dezelfde mensen die de controles op biologische producten uitvoeren. Voor de controle van de regels van Biogarantie Belgium zullen zij wanneer ze langskomen de nodige extra controles uitvoeren, zonder bijkomende kosten voor de landbouwers. Dat betekent dat er meer dingen moeten worden nageleefd, zoals de herkomst of de verpakking bijvoorbeeld”, zegt Dominique Jacques.

Wat is het minimumpercentage biologische ingrediënten dat het gelabelde product moet bevatten? “Honderd procent! Alles moet biologisch zijn, tenzij je kunt bewijzen dat het echt niet anders kan. Sommige specerijen bestaan bijvoorbeeld alleen in niet-biologische vorm. En de biologische ingrediënten moeten voor minstens 50 % Belgisch zijn en in België worden verwerkt (1). Maak je bijvoorbeeld ijs, dan zal je moeilijk biologische suiker vinden binnen onze landsgrenzen …”

“Bovendien moet worden opgemerkt dat België en het Waalse Gewest in het bijzonder meer controles en analyses uitvoeren dan andere landen. Maar we blijven met voorstellen komen. Zo kunnen we het Waalse Gewest vragen om de controles in de aardappelsector of in andere sectoren te versterken”, vervolgt Dominique Jacques.

En daarna?

Over het toekomstige gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) van de Europese Unie (EU) wordt momenteel onderhandeld. Zo is er heel wat bezorgdheid: “De Europese landbouwers genieten momenteel ‘steun’ voor de landbouw, voor de diensten die zij aan de bevolking verlenen maar die steun zal waarschijnlijk afnemen. We zullen dus oplossingen moeten vinden om het zonder hulp te doen, met behoud van een eerlijke prijs voor de consument. We moeten anticiperen op wat er gaat gebeuren … Idealiter moet er een eerlijke prijs komen voor de boer in plaats van steunmaatregelen. Maar de hamvraag is: zal de consument meegaan in die logica?”

Dominique Jacques heeft over het algemeen vertrouwen in de toekomst van het Biogarantie Belgium-label: “Er komen nieuwe leden in de raad van bestuur, zoals Biowallonie. Op vele niveaus komt men tot nieuwe inzichten. Overleg kost veel tijd, maar we gaan liever op deze manier vooruit. We zijn hier om de zaken te stimuleren, om steeds een stapje verder te gaan en daarbij een luisterend oor te zijn voor de consument en de producent”, besluit hij.

[1] Het voornaamste ingrediënt van het product (dat meer dan 50 % van het voedingsproduct uitmaakt of waarmee de consument in het algemeen de naam van het product associeert) moet in België zijn geteeld.

Foto’s : Label Biogarantie Belgium
Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email
Print

Deze website gebruikt cookies om uw gebruikerservaring zo aangenaam mogelijk te maken.