Van eerlijke koffie naar fair fashion
Dat lokale overheden een belangrijke rol kunnen spelen in de promotie van eerlijke en duurzame handel, bewijst de internationale campagne Fair Trade Towns al vele jaren. In Vlaanderen staat de teller inmiddels op 198 Fairtradegemeenten, in Wallonië en Brussel op 41 Communes du commerce équitable. Met Luxemburg erbij behaalden ook 5 provincies de titel. Maar wat na het bereiken van de basiscriteria? Wat als het lokale bestuur Fairtradekoffie en -sap aankoopt, tal van verenigingen, scholen en winkels mee aan de kar trekken en lokale, duurzame producten in de kijker gezet worden?
Dat het daar zeker niet hoeft te stoppen, bewijst Gent. Tussen 2005, toen zij als eerste Belgische centrumstad met de titel FairTradeGemeente mocht pronken, en 2018, het moment dat ze de eerste Europese Cities for Fair and Ethical Trade Award ontving, ligt een lange weg. “Een weg die we verder zullen bewandelen”, verzekerde de nieuwe burgemeester Mathias De Clercq onlangs tijdens een symposium rond duurzame cacao. “We gaan niet achteroverleunen en relaxen, maar blijven van fair trade een speerpunt maken in ons internationaal beleid.” Om te weten op welke manier Gentenaars aan die weg timmeren, gingen we praten met Tine Heyse, schepen van Noord-Zuid, Christophe Ramont, Dienst Internationale Relaties en Jonathan Janssens, coördinator van Gent Fair Trade.
Van FairTradeGemeente naar FairTradeHoofdstad
“In 2012, bij de start van de vorige bestuursperiode, zijn we gaan nadenken over het opschalen van al wat er in de stad rond fair trade gebeurde”, steekt Tine van wal. “Al snel viel onze keuze op eerlijk textiel als thema met potentie. Ten eerste omdat we echt wel een nieuw segment wilden aansnijden, ten tweede omdat textiel voor Gent een heel logische keuze is. Als mensen vergeten zouden zijn hoe slechte arbeidsomstandigheden in de textielindustrie een stad tekenen, dan kunnen ze in onze musea terecht. Textiel behoort tot het DNA van onze stad. Tenslotte was er in die periode ook Rana Plaza, de instorting van een gebouw vol naaiateliers in Bangladesh. De roep om actie en alternatieven was groot.”
Logische gesprekspartner was de trekkersgroep van het FairTradeGemeenteproject, bijna allemaal vrijwilligers van de lokale wereldwinkel. Dat leidde tot de oprichting van Gent Fair Trade, een samenwerking van de stad en Oxfam-Wereldwinkels regio Gent. “Maar van bij de start was de slagzin ‘eerlijke handel in goed gezelschap’”, beklemtoont Jonathan. “Het was uitdrukkelijk de bedoeling dat we onze deuren wagenwijd zouden openzetten en constant nieuwe partners zouden zoeken. Het textielthema leende zich daar ook perfect toe.”
Maart is in Gent al vele jaren de maand van Belmundo, een festival met een brede waaier aan activiteiten georganiseerd door de Noord-Zuidorganisaties en de stad. In 2015 plande Gent Fair Trade in dat kader een Fair Fashion Fest, een mix van workshops, debatten en modeshows met eerlijke alternatieven. “We hadden gehoopt op 500 bezoekers, maar het waren er drie keer zoveel”, herinnert Jonathan zich. “Het was duidelijk dat we een nieuw publiek hadden aangeboord: mensen die niet noodzakelijk met fair trade bezig waren, maar de publieke verontwaardiging over Rana Plaza deelden en bewuster wilden bezig zijn met hun kledingaankopen.”
“Het eerste Fair Fashion Fest sterkte ons in de uitdaging die we met Gent Fair Trade hadden vooropgesteld”, vult Tine aan. “Dat meer Gentenaars – of bezoekers van Gent – in meer winkels in onze stad meer eerlijke en duurzame kleren moeten kunnen vinden. Het was dan ook logisch om op de drie ingeslagen sporen door te gaan: zorgen dat het aanbod groeit, dus de producenten en winkels een duw in de rug geven; ten tweede maken dat de vraag stijgt, dus meer consumenten overtuigen; en tenslotte als stad zelf het goede voorbeeld geven via ons aankoopbeleid.”
Spoor 1: Meer eerlijke producten in Gent
Met 4000 bezoekers was de overrompeling tijdens Fair is the new black, de tweede editie, en Wear The Change, de derde editie van het Fair Fashion Fest, compleet. “Voor de uitwerking van de allereerste editie zaten we met ongeveer 25 mensen rond de tafel”, weet Jonathan nog goed. “Ontwerpers, winkeluitbaters, start-ups en vrijwilligers. Het aanbod aan eerlijke kledij was beperkt, maar de voedingsbodem voor meer acties was voelbaar. Intussen hebben we een platform opgericht waar een vijftigtal, doorgaans jonge ondernemers elkaar ontmoeten. Tijdens Fair Fashion Talks luisteren we naar experten, gaan we met elkaar in dialoog en bereiden we het volgende Fair Fashion Fest voor. Als stad kunnen we hen geen subsidies geven, wel een forum om hun verhaal te vertellen.”
Om die pioniers in de kijker te zetten, is er inmiddels een Fair Boutique & Vintage Walk, een Fair Fashion Walk en een Fair Food Walk. Op de website van Gent Fair Trade staan inmiddels 75 ‘hotspots’ voor fans van fair. Dat gaat veel breder dan kleding. Voor horecazaken geldt dat ze minstens drie Fairtradeproducten moeten aanbieden. Maar er staan ook bloemenzaken, juweliers, decoratiewinkels en cosmeticashops op. “Wekelijks krijg ik een vraag om aan de lijst toegevoegd te worden”, vertelt Jonathan. “Glasheldere criteria zijn er natuurlijk niet altijd. Soms zijn er labels, denk bijvoorbeeld aan Fairtradegoud. De bloemenzaken werken met biologische, lokaal geteelde bloemen. Voor kledij volgen we de Schone Kleren Campagne, met criteria rond arbeidsomstandigheden, ecologie en transparantie. Bovendien lieten we zelf een studie maken met een overzicht van labels en andere duurzame initiatieven in de kledingsector. Maar soms beantwoord ik de ondernemers met een wedervraag: wie maakt je producten? Waar? In welke omstandigheden? Zicht hebben op je keten is altijd een essentiële eerste stap.”
#whomademyclothes
Wat was nu ook alweer het probleem met kleding? In 1978 gaven we nog ruim 33% van ons huishoudelijk budget uit aan kleren. Degelijke kleren, die de tand des tijds doorstonden en in eigen land geproduceerd werden. Vandaag is kledij een geglobaliseerd product, in elkaar gestikt waar de lonen het laagst zijn en een werkende vakbond geweerd wordt. De keten is uiterst complex met heel veel schakels, waarbij de naaister onderaan doorgaans verliest. Maar vooral: de keten is helemaal niet transparant. Daarom moet Fair fashion zoals elk Fairtradeproduct niet alleen over een eerlijke prijs gaan, maar ook over mensenrechten, recht op onderwijs, garantie op een leefbaar inkomen, enz…
(Sara Ceustermans, Schone Kleren Campagne, tijdens een Fair Fashion Talk voor het Gentse platform; verslag geschreven door Fei Lauw)
Duik in je kleerkast, en breng in kaart wat er allemaal in zit. Onderzoek of je het verhaal achter je garderobe kan achterhalen. Ontrommel ook je kleerkast, en ga voor minder, fair & tweedehands. Doe mee aan Fashion Revolution, een online actie waarbij gewone mensen de grote kledingmerken vragen wie hun kleren heeft gemaakt? Waarom zou je dat doen? Omdat merken zo beseffen dat consumenten wel degelijk wakker liggen van het verhaal achter hun kleren.
(gentfairtrade.be)
Spoor 2 Meer bewuste consumenten in Gent
Jonge ondernemers een kans geven heeft natuurlijk maar zin als het groeiend aanbod gevolgd wordt door een stijgende vraag. Ook daar probeert Gent Fair Trade een rol te spelen. “Belangrijk is dat we altijd ingezet hebben op een positief verhaal”, beklemtoont Jonathan. “Van het veroordelen van consumenten blijven we ver weg. We willen hen wel de weg tonen naar de alternatieven.” Resultaat is niet enkel de presentatie van Gentse hotspots op de website, maar ook publicaties als Slow Fashion Forward, vol tips over Fair Fashionmerken die je in Gent kan vinden. Ook de stadswandelingen die geïnteresseerde groepen tot bij de ethische ontwerpers brengen horen in dat rijtje.
Elke editie van het Fair Fashion Fest trok meer bezoekers dan de vorige. Een deel van de verklaring ligt bij het enthousiasme van bloggers, vloggers en influencers. “De klassieke communicatie van fairtradeorganisaties bestaat vooral uit eenrichtingsverkeer naar klanten en sympathisanten”, legt Jonathan uit. “Maar tot onze grote blijdschap hebben we gemerkt dat het in de fashionwereld anders werkt. Naar aanleiding van elk Fair Fashion Fest zagen we een lokale campagne ontstaan, zowel in de winkels als op sociale media. De interactie met activistische volgers was groot en de hashtags vonden moeiteloos hun weg door het internet. Jammer dat er nog zo weinig influencers bestaan die het over fair food hebben.”
Spoor 3: Een duurzaam stedelijk aankoopbeleid
“Leading by example, het lijkt in dit verhaal een evidentie, maar zo eenvoudig is het niet,” steekt Christophe van wal. “Gelukkig is in Gent een belangrijke voorwaarde al vele jaren vervuld: een goede samenwerking tussen diensten als Noord-Zuid of milieu met de collega’s van de aankoopdienst. Lang geleden is de weg naar meer duurzame aankopen al ingeslagen, zelfs nog voor de FairTradeGemeentecampagne. Eerlijke koffie is al twintig jaar een evidentie. Maar eerlijke werkkledij voor de stadsambtenaren, dat bleek andere koek.” “Voor ik schepen werd, dacht ik ook dat het zou volstaan om een aantal criteria in de bestekken in te schrijven”, lacht Tine. “Maar als je dat doet, is de kans groot dat het niet waar is, of dat je zonder kledij eindigt. Beide waren natuurlijk geen optie, dus moesten we bij wijze van spreken de markt klaarstomen. Daarop zijn we begonnen aan een lang traject, in samenwerking met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG).”
“Vorig jaar zijn een aantal grote opdrachten toegekend aan vijf leveranciers”, vat Christophe de actuele situatie samen. “Iedereen was welkom, ook wie weinig ervaring had met duurzaamheidscriteria. Belangrijk was de opdeling in percelen. In perceel 1 gaat het bijvoorbeeld over werkbroeken, T-shirts of sweaters waarvoor we biologisch katoen of gerecycleerd polyester konden eisen. Daar gaan we resoluut voor het leiderschap op vlak van duurzaamheid. Maar voor de andere percelen bestaan nauwelijks labels of managementsystemen voor sociale duurzaamheid. Daar draait het in de eerste fase hoofdzakelijk om transparantie. Wat we verwachten van de leveranciers – en zo stond het ook in de bestekken – is dat ze ons jaarlijks rapporteren over de vooruitgang die ze maken in het ontrafelen van hun productieketen. Is die rapportage onvoldoende, dan kunnen wij op die basis het contract zelfs stopzetten. Een veiligheidsschoen bijvoorbeeld bestaat uit meer dan 200 onderdelen. Dan heb je een lange weg te gaan om tot een sociaal verantwoord ketenbeheer te komen. Die tijd willen wij de leveranciers geven. Alleszins zijn we aangenaam verrast door hun engagement. Je merkt dat de sector steeds meer beseft dat de druk van consumenten en gemeenten groeit.”
Over deze aanpak hebben de VVSG en Gent samen een Toolbox Sociaal Verantwoorde Werkkledij gepubliceerd, bedoeld voor aankoopdiensten bij overheden, ziekenhuizen en politie. Bovendien wordt de opgedane ervaring ook gedeeld met andere grote aankopers in de stad die met dezelfde vragen zitten, zoals de universiteit.
Dat hét antwoord niet altijd bestaat, bewees de Gentse stenendiscussie uit 2015. De commotie ontstond toen bleek dat Indische natuurstenen gebruikt om de Korenmarkt heraan te leggen, uit een regio kwamen die berucht was om zijn massale schending van arbeidsrechten, inclusief kinderarbeid. Tine: “We hebben toen een aantal specialisten uitgenodigd, maar het ultieme antwoord konden zij ook niet geven. Een onafhankelijk label voor eerlijke stenen bestaat niet, en je stoot ook op een moeilijk debat. Want bestel je dan enkel nog Europese stenen, zoals we in een aantal bestekken ook gedaan hebben? Die zijn duurder, maar de vraag is breder. Want als iedereen wegtrekt uit India dan zal er daar niets ten goede veranderen.”
Doorgaan op hetzelfde pad
“Fair Trade blijft een speerpunt in ons beleid van internationale solidariteit. Als historische textielstad blijven we zowel Gentenaars als lokale handelaars en verkopers warm maken voor eerlijke mode en textiel. Zelf doen we dat door de kledij van de Groep Gent te verduurzamen. Ook voor andere sectoren bekijken we hoe we een duurzaam aankoopbeleid kunnen voeren.” Tot zover de paragraaf in het Gentse bestuursakkoord die duidelijk aangeeft dat de stad niet wil rusten op de lauweren van de gewonnen Europese award. Textiel blijft centraal staan en de vierde editie van het Fair Fashion Fest is gepland voor 2020. In het aankoopbeleid wil de stad een nieuwe sector aanpakken, met een gelijkaardig project als de werkkledij: die van IT en elektronica.
Een ander terrein waarop de schepen wil blijven inzetten, is bewustmaking rond eerlijke en duurzame voeding. ‘Gent en garde’, het project om een duurzame voedselstrategie voor Gent uit te tekenen, probeert lokale en internationale duurzaamheid te combineren. Vandaar initiatieven als een Fair Food Fest enkele jaren geleden en een Fair Food Walk nu, waarbij aspecten als gezondheid, betaalbaarheid, biologisch en fairtrade samengebracht worden. “Ik heb al in vele debatten gezeten en ik heb het gevoel dat we toch stilaan af zijn van het eeuwige dilemma tussen korte keten of fair trade. Om het met de klassiekers te zeggen: appelen uit Nieuw-Zeeland zijn uit den boze, zelfs al zijn ze fair trade. En voor bananen kies je wel bewust voor fair trade. Daarachter zit een ideaal van een meer regionale productie, belangrijk om economie, ontwikkeling en ecologie te verzoenen.”
De Europese award is een mooie erkenning, maar er ligt nog zeer veel – boeiend! – werk op de plank. Daar zijn ze het alle drie over eens.
Foto’s
Gent Fair Trade
Meer info
www.fairtradetowns.org / www.fairtradegemeenten.be / www.cdce.be
www.gentfairtrade.be
www.fairfashionfest.be
Bossuyt E. (2016), Eerlijk Textiel onder de Loep. Beschikbaar op www.gentfairtrade.be